Elske Tinbergen


Elske Tinbergen komt uit een muzikale familie. Al op zeer jonge leeftijd kwam zij inaanraking met allerlei muziek: vioolspel en zang van haar moeder, blokfluitspel en jazzplaten van haar vader (en cello van zowel een tante, een nicht als een vriendin van de familie). Toen Elske zelf pas een paar maanden cello speelde gingen zij als gezin al naar cursussen van Huismuziek, waar zij niet alleen cello speelde, maar het ook heerlijk vond om mee te doen met het volksdansen.

Elske studeerde cello bij Ran Varon en barokcello bij Viola de Hoog, Jaap ter Linden en Lucia Swarts. Tevens specialiseerde zij zich aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag in het bespelen van de 5-snarige violoncello piccolo. Masterclasses volgde zij bij Anner Bijlsma. Zij promoveerde in 2018 op “The ‘cello’ in the Low Countries. The instrument and its practical use in the 17th en 18th centuries” aan de Universiteit Leiden.

Elske maakte een aantal jaren deel uit van het European Union Baroque Orchestra en werkte mee aan verschillende producties van Les Musiciens du Louvre o.l.v. Marc Minkowski (o.a. in de Nederlandse Opera productie van Händel’s ‘Giulio Cesare’ en de CD-opname ‘Rameau: une symphonie imaginaire’, die een Edison 2006 heeft gewonnen).

Kamermuziek maakt Elske o.a. in duo Tinbergen/Boysen (hun debuut-cd met solo-muziek uit de Nederlanden verscheen in 2012), het barokensemble Giardino Musicale en La Barca Leyden (de cd ‘Music at the court of Jülich-Berg’ won een Gouden Label 2012). Met Ensemble l’Esprit Musical was zij prijswinnaar op het Internationale Van Wassenaer Concours. In de pers wordt haar spel beschreven als: “intrigerend” en “ijzersterk”. De Nederlandse componist Daan Manneke noemde haar weergave van zijn ‘Tombeau pour Ton de Leeuw’ “betoverend” (2015).